Händlerlinks
“Licht als emotionele dimensie van een gebouwde omgeving.”
Nadenken over helderheid en helder denken: wie bouwt, moet beide kunnen. Acht vragen aan Quirin Prünster van Flaim Prünster Architekten in Zuid-Tirol.
“Licht als emotionele dimensie van een gebouwde omgeving.”
“Licht als emotionele dimensie van een gebouwde omgeving.”
F_03 Het Finstral Magazine
Framing Light: 164 pagina’s met gesprekken, essays en meningen over thema’s rond architectuur in al haar facetten.
De Zuid-Tiroolse raamfabrikant Finstral streeft naar dialoog, brengt gesprekken op gang en bespreekt relevante thema’s rond architectuur in al haar facetten. Voor de derde editie van het Finstral Magazine F_03 stelden we acht vragen aan architecten uit heel Europa. Lees hier de antwoorden van Quirin Prünster.

1. Hoe denkt u als architect over licht?

Quirin Prünster: Licht is natuurlijk – en slechts vanuit een wetenschappelijk perspectief – het medium waarmee we de architecturale ruimte waarnemen. Kijken we verder dan het weerkaatsingsproces van het licht dat op ons netvlies valt, dan is het ook een sleutelfactor om op een bepaalde plaats een bepaald gevoel, een sfeer op te roepen. In die zin kan licht opgevat worden als de emotionele dimensie van een gebouwde omgeving.

2. Hoe verwerkt u daglicht in uw ontwerpen?

Doordat daglicht door de dag heen verandert, krijgt de meestal statische architecturale ruimte een variabele dimensie. Dat gegeven is van essentieel belang voor ons ontwerpproces, omdat het ons de mogelijkheid biedt verschillende situaties in de loop van de dag en seizoenen in te calculeren. Een norm die we hanteren bij het plannen van licht, is om een lichtbron, of net de afwezigheid ervan, als referentiepunt, plaats van bestemming of focus te gebruiken in elke ruimte. Een belangrijk aspect wanneer je met licht werkt, is ook de afscherming ervan. Wij gebruiken vaak elementen van textiel, om situaties te creëren waarin een lichtdoorlatende stof de ruimte een zachte en veranderlijke dimensie geeft door het materiaal.

3. Hoe gebruikt u het raam als architecturaal middel voor de vormgeving?
Ramen geven een ruimte al in de ontwerpfase een richting en zijn ook vaak het moment waarop de horizontale indeling verticaal wordt. Het profiel van het raam, of het ontbreken ervan, en de positie van het raam in de muur zelf kunnen een ruimte 'openen', continuïteit verlenen aan een gevel of de blik op een bepaald punt in het landschap richten. Met die elementen houden we rekening tijdens het ontwerpproces.

4. Welk (bekend) bestaand gebouw zou u graag een nieuwe bestemming geven of uitbreiden?
Wanneer we aan een bestaand gebouw werken, geloven we er steevast in dat het altijd om een proces van 'voortbouwen' gaat. Niet de confrontatie, maar een dialoog aangaan met het bestaande gebouw zorgt voor een aanpak die ruimte laat voor ambiguïteit als element van de vormgeving. Niet zo lang geleden hebben we samen met Walter Angonese een wedstrijd gewonnen voor een aanbouw aan het Kurhaus Meran, een van de belangrijkste neoclassicistische gebouwen in onze streek. We zouden dit project graag verwezenlijken, omdat het een concreet voorbeeld is van ons proces om een gebouw als een groeiend organisme te zien en daarbij een tektonische band te scheppen tussen gebouwen met een verschillende ouderdom.

5. Bouwen is een wirwar van ontelbare richtlijnen en deels verouderde procedures: wat zou u veranderen? En hoe?
Ik denk dat het probleem vooral zit in het onvermijdelijk naast elkaar bestaan van verouderde procedures en ogenschijnlijk grenzeloze nieuwe mogelijkheden. De technische norm kan de ontwikkeling van de digitale visualisatie niet bijhouden. Aangezien het beroep van architect zich afspeelt in de 'echte wereld', is het belangrijk dat we ons focussen op het productieproces zelf en dat we de kwaliteit van de constructie boven het uiterlijk plaatsen. Door de toenemende complexiteit van de bouwsector en de bouwvoorschriften gaat het vandaag vooral om de coördinatie en achteraf om het overdragen van schuld en/of verantwoordelijkheid. Vooral bij de overheid is het van essentieel belang om over gekwalificeerd personeel te beschikken, dat de kunde en moed heeft om een project te beoordelen op zijn maatschappelijke betekenis en impact.

6. Architectuur is gebouwde realiteit. Welke maatschappelijke en politieke verantwoordelijkheid hebben architecten vandaag de dag?
In de woorden van Adolf Loos: “De bouwheer is de eigenaar van het gebouw. De gevel is van iedereen.” Alleen al het feit dat de meeste gebouwen een langere levensduur hebben dan ten minste één of twee generaties, zorgt ervoor dat elke vorm van bouwen een belangrijke impact heeft op onze omgeving. De bouw en speculatie behoren tot de meest winstgevende financiële sectoren en hebben het neveneffect dat ze de samenleving niet alleen op economisch vlak veranderen. Stedenbouwkundige planning en een democratische ontwikkeling van de infrastructuur zijn cruciale politieke kwesties voor de toekomst, waarover niet beslist mag worden op basis van financiële of winstgerichte parameters.

7. Met wie zou u graag een gesprek (over architectuur) voeren, en waarover?
Het gesprek over architectuur dat we in ons werk proberen te voeren, gaat over de kwaliteit van een ruimte: de 'magie' die ontstaat wanneer de juiste ruimte gecombineerd wordt met de juiste functie, de juiste materialen en veel andere 'eisen' in de architectuur. Daarover zou ik enerzijds met mensen willen praten die erin geslaagd zijn om zulke ruimtes te creëren, en anderzijds – en dat is misschien nog belangrijker – met de huidige of toekomstige bouwheren die ooit hun huis zullen verbouwen of bouwen of zich in een situatie bevinden waarin ze beslissen over een architecturaal project.

8. Met welke stelling zou u dat gesprek openen?
De stelling van dat gesprek zou een vraag zijn: hoe definieer je architecturale kwaliteit die je vaak aantreft in gebouwen die zonder architecten gebouwd zijn, in de zogenaamde anonieme architectuur met andere woorden? Maar ook: hoe definieer je kwaliteit met betrekking tot duurzaamheid – en niet in de betekenis van energie-efficiënt bouwen, maar in de ware zin van het woord – om de menselijke impact op de wereld onder controle te houden.

Francesco Flaim en Quirin Prünster gingen in 2015 een samenwerking aan voor de uitvoering van een project voor Walter Angonese. Francesco Flaim werkte na zijn opleiding aan de Università degli Studi di Ferrara bij CLEAA Claudio Lucchin Architetti Associati in Bolzano. Quirin Prünster ging na zijn studies aan de IUAV di Venezia als freelancer aan de slag bij Christoph Mayr Fingerle. In beide bureaus vormde de culturele dimensie van architecturale creaties een belangrijk onderdeel van de werkwijze. Een aspect dat ook in hun gezamenlijke werk van cruciaal belang is – Quirin is sinds 2016 voorzitter van de Zuid-Tiroolse Vereniging voor Fotografie, die de galerij Fotoforum in Bolzano runt.
Portret Quirin Prünster: © Piero Martinello
flaimpruenster.com


Ontdek meer antwoorden van architecten uit heel Europa:
finstral.com/framinglight
“Licht als emotionele dimensie van een gebouwde omgeving.”
Onder het motto 'Framing Light' nodigt het Finstral Magazine F_03 uit tot een gesprek. De vier omslagfoto’s spelen met de schakeringen van het daglicht en het effect ervan op de ruimte.
“Licht als emotionele dimensie van een gebouwde omgeving.”
Hoe denkt u over licht? Architecten uit heel Europa hebben deelgenomen aan de bevraging.
“Licht als emotionele dimensie van een gebouwde omgeving.”
F_03 Het Finstral Magazine
Framing Light: 164 pagina’s met gesprekken, essays en meningen over thema’s rond architectuur in al haar facetten.
Gesprek over architectuur
Acht vragen over licht en meer. Nog meer boeiende antwoorden uit heel Europa.
Framing Light.
Framing Light.
Framing Light.
Nadenken over helderheid en helder denken: wie bouwt, moet beide kunnen. Acht vragen aan architecten uit heel Europa.
“Architectuur is een belofte.”
“Architectuur is een belofte.”
Nadenken over helderheid en helder denken: wie bouwt, moet beide kunnen. Acht vragen aan Marco Colletti van Studio Marco Piva in Italië.
“Ramen voor de Piramide van Cheops.”
“Ramen voor de Piramide van Cheops.”
“Ramen voor de Piramide van Cheops.”
Nadenken over helderheid en helder denken: wie bouwt, moet beide kunnen. Acht vragen aan Lukas Rungger van noa* network of architecture in Zuid-Tirol.
 
PageConfig.OriginalHttpReferrer: -
PageConfig.OriginalQueryString: