Of het een inbreker makkelijk wordt gemaakt of niet, hangt vooral af van hoe goed een kozijn beveiligd is. Het Institut für Fenstertechnik (ift) Rosenheim voert daarom regelmatig inbraaktests bij kozijnen en deuren uit. Veiligheidsexpert Dipl.-Ing. Robert Krippahl legt uit wat er precies gebeurt tijdens deze tests en waar eigenaars van gebouwen op moeten letten bij het kiezen van hun kozijnen.

Hoe verloopt een inbraaktest bij een kozijn?
Wij doen het zoals de inbrekers. Bij onze inbraaktests wordt hun werkwijze gesimuleerd en de resultaten worden regelmatig naast de praktijkervaring van de recherche gelegd en geactualiseerd. De meeste inbraken vinden plaats door openwrikken - het belangrijkste deel van een inbraaktest is daarom het handmatige deel. Daarbij wordt met verschillende inbraakgereedschappen geprobeerd, een doorgang te creëren, waardoor een inbreker zou kunnen binnendringen.

Hoe bepaalt u, of een kozijn inbraakwerend is?
Het doorslaggevende testcriterium is de inbreektijd. Bij voldoende mechanische weerstand gedraagt de dader zich als een hert: hij wordt zenuwachtig. Als hij niet snel succes heeft, haakt hij vaak af. Volgens politiestatistieken kan zo meer dan 40% van de inbraakpogingen worden voorkomen. De weerstandstijd varieert van 3 minuten (RC2) tot 20 minuten (RC6). Indien binnen de testtijd geen voldoende grote doorgang wordt gecreëerd, geldt de test als geslaagd.

De meeste inbrekers wrikken kozijnen eenvoudig open. Is er dan toch veiligheidsglas nodig?
Inbraakwerende constructie-elementen zijn altijd maar zo sterk als de zwakste schakel in de hele ‘veiligheidsketen’. Dit gaat van het metselwerk, de bevestiging, het kozijnframe en het beslag (inclusief de schroefverbindingen) tot het glaspaneel en de integratie ervan. De ift-ingenieurs controleren alle mogelijke zwakke punten. Om ervoor te zorgen dat de beglazing niet met een gewone steen kan worden gebroken,
is vanaf weerstandsklasse RC 2 slagvaste beglazing met normatieve verificatie vereist. Bij hogere weerstandsklassen nemen de eisen aan de beglazing natuurlijk toe.

Weerstandsklasse RC 2 is dus voldoende? En wanneer wordt RC 3 aanbevolen?
Eerst moet het inbraakrisico worden afgewogen en vervolgens moet worden bepaald welke veiligheidsvoorzieningen moeten worden aangebracht. Dit betekent: hoe minder een raam van buitenaf te zien is, hoe verder weg de buren zijn en hoe waardevoller een eigendom lijkt of is, hoe hoger het risico op inbraak. Naast afschrikkingsmaatregelen zoals bewegingssensoren met licht en akoestische signalen, is de mechanische beveiliging van kozijnen en huisdeuren de belangrijkste maatregel. Welke voorzieningen worden aangebracht, hangt ook af van de individuele veiligheidsbehoeften van de bewoners. De recherche adviseert voor normale woningen zonder waardevolle inrichting klasse RC 2. RC 3 wordt gehanteerd voor onroerend goed met veel waarde, maar ook voor kantoor- en overheidsgebouwen die risico lopen.

Waar moet ik rekening mee houden bij het kiezen van nieuwe kozijnen?
Het is belangrijk dat de kozijnen en kozijndeuren zijn gecertificeerd volgens EN 1627 e.v. Bij ift Rosenheim wordt dit gecommuniceerd door middel van een testdocument met het bijbehorende ift-certificaat.

Speelt de montage ook een rol?
Absoluut. Vakkundige montage is een belangrijk onderdeel van het veiligheidsconcept. Het wordt aanbevolen om deze alleen te laten uitvoeren door gekwalificeerde monteurs. Het beste kan een eigenaar van een pand alleen gebruik maken van gecertificeerde producten en diensten voor kozijnen en montage.

En hoe kom ik erachter of de kozijnen in een bestaande woning of ouder huis voldoende inbraakbeveiliging bieden?
Vergrendelingspunten in de vorm van paddenstoelnokken of bouten zijn een indicatie voor inbraakwerende kozijnen. Veiligheidsglas is niet altijd gelabeld en is voor leken moeilijk te herkennen. Hier moet een gecertificeerd gespecialiseerd bedrijf worden geraadpleegd.